“Man, ik schijt 20 kleuren stront. Ik heb echt letterlijk 6 à 7 maanden niet opgetreden. Ik kreeg woensdag een telefoontje of ik zin had om op te treden”, zegt de cabaretier. “Ik zat eerst nog te twijfelen, maar daarna dacht ik echt, ik moet dit gewoon doen. Maar het is echt superspannend. Normaal gesproken zit je met optreden in een bepaald ritme, een bepaalde flow, als je het een paar avonden per week doet, en dat heb je nu niet meer.”
In de theaterzaal van de ECI is normaal gesproken plek voor 250 mensen. Door de afstandsregels blijven daar nog 60 plekken van over. Gisteravond waren er zo’n 30 stoelen gevuld. De mensen die kwamen moesten zich vooraf laten testen op corona. “Toch wel een drempel”, erkent directeur Joery Wilbers. “Maar het is helaas niet anders. Dit is natuurlijk ook een proefevenement, om te kijken óf en hóe die logistiek van vooraf testen werkt. Maar je ziet wel dat het mensen toch een beetje afschrikt.”
Het publiek dat er was bleek tevreden na afloop, net als cabaretier Fighil: “Het was even wennen. Ook voor het publiek, ook voor mij. Maar op een gegeven moment voel je dat ze je omarmen, dat voel je als artiest. En op laatst kwam iedereen echt los. Ja, het was echt de moeite waard om dit te doen, ik ben heel blij met de kans die ik gekregen heb om hier weer op te mogen treden.”